Willen is doen

Zet biologisch centraal in nieuw landbouwbeleid

Naarmate de biologische landbouw terrein wint in de EU, duiken reeds lang ontkrachte mythes over biologisch hardnekkig op in de (social) media. Er zit een patroon in de wijze waarop tegenstanders van biologische landbouw deze sleetse mythes opdienen om het weg te zetten als onrealistisch, duur en zelfs onverantwoord. Achter deze protagonisten van de verbleekte mythes gaat een wereld van gevestigde agrochemische belangen schuil die vast houdt aan het productie- en businessmodel dat hen zoveel profijt heeft gebracht ten koste van klimaat, biodiversiteit, dierenwelzijn, gezondheid en natuur. Om de vernietiging van ons natuurlijk kapitaal te stoppen moet biologische landbouw en voeding de spil worden in de Nederlandse transitie naar duurzame landbouw.

Eerst de sleetse mythes.

Biologisch is een mooi streven maar ongeschikt om straks 10 miljard monden te voeden.

We gooien mondiaal 30% van ons voedsel weg, we zetten 70% van de plantaardige teelt in voor de vleesproductie, dat 5 tot 10 kilo plantaardig eiwit vereist voor 1 kilo dierlijk eiwit en hebben 50% overgewicht in het Westen vanwege teveel en verkeerd voedsel. Het wereldvoedselvraagstuk is vooral een verdeelvraagstuk. Kijk naar de vaccinatie: die begint -hoe gebrekkig ook- in het Westen, Rusland en China, gevolgd door opkomende landen en eindigt in arme landen. De reden is economisch; wie kan investeren en betaalt zit op de eerste rij, de rest moet wachten. Zo werkt het ook in de distributie van voeding; in Europa en de VS eten we ons obees, in arme landen wordt honger geleden terwijl er nu genoeg is.

Biologisch neemt veel meer grond in beslag die anders voor natuur gebruikt kan worden.

De gemiddelde opbrengst van de plantaardige biologische teelt is 20% lager dan gangbaar. Dat is een feit. Maar die lagere opbrengst levert veel op: geen behoefte aan kunstmest en pesticiden, 30% meer biodiversiteit, een gezonde bodem met een hoger organisch gehalte en dus meer CO2 opname in de bodem en dus beter voor het klimaat, beter waterbergend vermogen en een gezonder product, want minder pesticiden en meer voedingsstoffen. Als je deze opbrengsten optelt bij het 20% hogere landgebruik dan is de totaaloogst nu al veel rijker dan wat intensieve gangbare landbouw te bieden heeft. En die balans wordt alleen maar positiever omdat biologisch zich verder ontwikkelt, zoals met de innovaties strokenteelt, klimaatboeren en veganistische landbouw zonder mest, terwijl gangbare bodems uitgeput raken en de opbrengsten onder druk staan. Voorstanders van intensieve agrochemische landbouw proberen hun externaliteiten omlaag te rekenen door ze om te slaan per kilo product en roepen dan dat ze minder vervuilend zijn dan biologisch omdat ze minder grond nodig hebben. Het sluitstuk van hun argumentatie is dat op de vrijgekomen grond ‘elders’ natuur kan verrijzen. Als je vraagt waar ‘elders’ ligt, kijken ze je niet begrijpend aan. Want zorg dragen voor natuur is uiteraard hun probleem niet. Ze willen alleen iets weg rekenen wat hun bedrijfsmodel bedreigt zonder enige verantwoordelijkheid ervoor te nemen.

Biologisch is te duur en alleen weggelegd voor mensen met geld.

Ja, biologische producten zijn gemiddeld 30% duurder dan gangbare, dat is een feit, maar dat komt voornamelijk omdat gangbaar eten te goedkoop is. Als je daar de kosten voor verlies aan biodiversiteit, CO2 en stikstof uitstoot, achteruitgang lucht- en waterkwaliteit en de schade voor onze gezondheid bij optelt, is gangbaar nu al veel duurder. Als je vervolgens kijkt naar de subsidiestroom dan is er nog iets schokkends aan de hand: 99% van de landbouwsubsidies in de EU, ruim 56 miljard Euro, gaat naar de gangbare landbouw op dit moment. Van alle investeringen en nationale subsidies op investeringen in Nederland zal de verhouding ook in de richting van 99% voor gangbare landbouw liggen. Daar zijn ook vele miljarden aan subsidies en investeringsaftrek mee gemoeid. En dan hebben we het nog niet aan de miljardensteun voor calamiteiten en uitkoopregelingen.

Het probleem van de biologische landbouw is dat het bedrijfsmodel nog niet rond is.

Pardon? Biologisch is het enige systeem dat over de volle breedte inclusief produceert, dus met zorg voor biodiversiteit, vruchtbare bodems, klimaat, schoon water, dierenwelzijn, gezondheid en eerlijke prijzen. True pricing dus! Op eigen kracht is biologisch in 40 jaar tijd uitgegroeid van bijna 0 naar 8,5% areaalaandeel in de EU. Vooral Nederland loopt daarin achter omdat hier de voorkeur is gegeven aan exportgerichte agrochemische landbouw die decennialang kosten heeft afgewenteld op klimaat, natuur, bodem, dierenwelzijn en gezondheid. Alleen dankzij die onrechtmatige afwenteling van kosten op de samenleving en torenhoge landbouwsubsidies vanuit Brussel heeft dat systeem zich zo goed rond gerekend. Maar als je die kosten nu doorbelast is dit systeem failliet. Alleen biologisch rekent zich echt rond. En dat wordt zelfs niet begrepen door de topman van de Rabobank die 85% van de investeringen in de Nederlandse landbouwsector in portefeuille heeft.

In dat licht mag het een wonder heten dat in 2019 al op 8,5% van het EU landbouwareaal biologisch wordt geteeld. En dat is in het achterliggende Coronajaar weer 0,5 tot 1% toe genomen.

Nederland blijft met 3 tot 4% areaalaandeel ver achter bij het Europees gemiddelde omdat wij, afgezien van een paar convenanten in de periode 2004-2011, geen biologisch landbouwbeleid hebben gekend. En daar was een heel logische reden voor; het intensieve en zogenaamd ‘kosten-efficiente’ landbouwmodel van schaalvergroting en veel chemische inputs, is nergens zo succesvol uitgerold als in Nederland. In 60 jaar tijd is het veelzijdige polderlandschap met 400.000 boerengezinnen vlak gestreken tot een groen industrieterrein met nog maar 53.000 boerengezinnen, waar miljoenen liters landbouwgif, miljoenen kilo’s kunstmest en drijfmest over uitgereden worden tussen overbevolkte megastallen met 100 miljoen kippen, 12 miljoen varkens en 4 miljoen koeien. In dat systeem worden miljoenen tonnen veevoer van 5 miljoen hectare landbouwgrond uit het Amazonegebied geïmporteerd. In dat systeem zijn tientallen miljarden geïnvesteerd om onze Nederlandse producten op de wereldmarkt te verkopen. Per saldo geen winstgevende onderneming, maar niemand wil het verlies nemen en daarom volhardt Nederland in het in stand houden van een failliet landbouwsysteem dat roofbouw pleegt op biodiversiteit, bodem, water, gezondheid en het klimaat. En dat is geen mythe als je de overstelpende hoeveelheid onderzoeken en rapporten van het afgelopen jaar leest.

En nu de toekomst.

Gelukkig zitten er een paar verstandige Nederlandse politici in Brussel en hebben zij de sloophamer geïnstalleerd om een einde te maken aan het niet meer zo kosten-efficiënte landbouwsysteem waarin successen uit het verleden geen enkele garantie bieden voor de toekomst.

Als voormalig directeur van Bionext, de brancheorganisatie voor de biologische sector, weet ik als geen ander hoe het is om jarenlang tegen de bierkade van gevestigde belangen te vechten. Tegen de verdrukking in heeft biologisch zich verder ontwikkeld en zich bewezen als robuust en weerbaar landbouw- en voedingssysteem voor een duurzame toekomst. En steeds meer mensen zijn bereid in die toekomst te stappen; 25% van de boeren in Gelderland wil omschakelen naar biologisch als ze daarvoor de kans krijgen. Een ruime meerderheid van de consumenten geeft de voorkeur aan biologisch als het prijsverschil met gangbaar kleiner zou zijn.

Nu Nederland snakt naar bestuurlijke vernieuwing, lijkt ook het klimaat rijp om ruimte te geven aan de omslag naar volledig duurzame landbouw en voeding. De Van boer tot bord doelstellingen van 25% biologisch, halvering van chemische bestrijdingsmiddelen en 20% reductie van kunstmest in 2030 bieden een mooi vertrekpunt voor het nieuwe kabinet, maar gaan feitelijk nog lang niet ver genoeg. Ecorys heeft vorig jaar in opdracht van Greenpeace berekend dat een volledige omslag naar biologische landbouw in Nederland de grootste stikstofreductie realiseert tegen het hoogste rendement op de investering die het vergt. De duurzame toekomst ligt binnen handbereik als nu de juiste keuzen worden gemaakt. En die keuze voor volledig duurzame biologische landbouw en voeding past perfect in het reinigen van het verstikte bestuurlijke klimaat in Nederland (en veel andere landen), waar burgers in de kou staan en multinationals en banken het economische beleid bepalen. De schreeuwende behoefte aan bestuurlijke vernieuwing gaat hand in hand met een omslag naar een duurzaam biologisch landbouw- en voedingsbeleid.

Willen is doen.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s